hoi Sunshine,
ik heb (helaas?) een ander verhaal voor je:
" [...] Het is precies een slaap, maar een andersoortige slaap, ze zijn niet aanwezig, ze zijn op een andere plaats bezig en dat verstrooit hen. Verstrooidheid is niet goed. Wanneer je dus ergens bezig bent, maar eigenlijk met je geest op een totaal andere plaats in die verstrooidheid leeft, dan ben je niet geconcentreerd, dan kan dat niet. Dat is een soort ontspanning zou je kunnen denken, het is een soort verstrooidheid die eventueel de schijn krijgt van aangenaam te zijn, maar uiteindelijk is het helemaal niet aangenaam, omdat er een soort mist komt.
Er is een soort sluier die zich optrekt tussen de werkelijkheid en dat waar je effectief mee bezig bent in de geest, en dan wordt het moeilijker om dat contact te maken met het werk dat rond je ligt, met de aarde die rond je is en met hoe je zelf bezig bent. De afstand zorgt dat je een versluierd zicht krijgt op je eigen werkelijkheid en dat je dan in feite altijd het idee krijgt van: ik zit hier niet goed in deze werkelijkheid, ik moet in een andere wereld bezig zijn. En dan kan het zijn dat je in die andere wereld bezig bent, maar dat je daar in feite onaangename ervaringen hebt, dat je niet weet wat je daar hebt gedaan, dat je niet weet hoeveel tijd je daar hebt door gebracht en dat je niet weet wat uiteindelijk de zin is van wat je daar hebt bedacht en gedaan. En daarom zit de mens in een verstrooidheid.
Hij kan zich niet gemakkelijk meer concentreren, want als de energie eenmaal losgelaten wordt, als je je mentale eenmaal loslaat, dat je het mentale dus laat gaan waar het zelf wil gaan, dan is het moeilijker om het terug te krijgen, maar het moet zijn dus om het te concentreren. Want concentratie is altijd een inspanning. Het betekent dat je werkelijk jezelf in handen krijgt, ook mentaal, en dat je het daar brengt waar het moet zijn, dat je dus je aandacht richt, dat je ze richt waar ze moet zijn, dat je dus bezig bent met dat waar je mee bezig bent.
De zaken liggen niet altijd zo eenvoudig. Want soms gaat de mens van nature naar andere dingen uit, omdat hij daar iets gaat zoeken. Soms is de mens niet thuis in zichzelf, hij wil dan een bepaald probleem oplossen maar hij doet het op de verkeerde manier. Door in zijn verleden te gaan zitten - door bijvoorbeeld naar bepaalde gekwetstheden te kijken, naar bepaalde gevoelens die er geweest zijn, naar bepaalde toestanden die hij niet heeft kunnen voorzien en die hem overkomen zijn - kan het zijn dat zijn aandacht onwillekeurig, bijna voortdurend daar naartoe gaat en dat hij dus in die verstrooidheid leeft en niet eens beseft dat hij dat doet. Hij komt bijna nooit meer in de werkelijkheid van deze dag waar hij voorstaat en hij ziet het ook als onaangenaam wanneer hij naar die werkelijkheid getrokken wordt, omdat hij dat dan saai en vervelend vindt.
Zijn bewustzijn is anders georiënteerd en dat maakt het ingewikkeld voor hem om zich te concentreren op het punt waar hij mee bezig is. Nochtans, als hij dat zou kunnen veranderen, als hij op het punt waar hij mee bezig is zou kunnen staan , dan kan er een heel aangenaam geluksgevoel komen, omdat hij het besef krijgt dat dat hetgene is wat juist is. "
(c) Geert Crevits
citaat uit het boek 'Levensverdieping 8' van Meester Morya
|