Overtuigingen: over emotionele verantwoordelijkheid
Enige ideeën, waarover ik nagedacht heb.
Wat is het, dat ertoe leidt dat mensen hun overtuigingen als vanzelfsprekend aannemen? Wat is het, dat mensen doet geloven in de rechtvaardigheid van hun gevoelens en emoties? Verduisteren emoties de rede zo sterk, en hebben ze een effect op het brein als een drogerend middel? Het zou kunnen, maar als het op overtuigingen neerkomt, dan kan het niet om een biochemische drug gaan, want het betreft hier concepten in het bewustzijn. Overtuiging, dan, kan geen volledig onderbewust en fysiologisch proces zijn, zoals emoties dat wel kunnen zijn.
Of we het nu willen toegeven of niet, ieder persoon wordt gedeeltelijk gedreven door processen in het onderbewustzijn. Emoties schieten niet zomaar als onkruid uit de bodem van de geest als simpele reacties op de indrukken die uit de omgeving komen. Ze hebben een basis, laten we zeggen een patroon, die achter de gedachtenstromen ligt. Alles wat een individu gedurende zijn leven ervaart wordt nooit werkelijk volledig vergeten, maar wordt opgeslagen in de niches van de psyche. Wanneer dus een persoon wordt getroffen door één of andere traumatische ervaring, zowel letterlijk als figuurlijk, dan wordt dat ergens voor altijd onthouden. Al deze ervaringen beginnen patronen te vormen; ze worden geïntegreerd in het geheel dat de psyche vormt, bestaande uit gevoelige plekken in het ‘defentiesysteem’ van de persoon: wanneer iemand bijvoorbeeld iets zegt, dan kan dat herinneringen oproepen van gemene opmerkingen die een ander persoon ooit gemaakt heeft, en wanneer iemand op een bepaalde manier handelt op een bepaald moment, dan kunnen parallellen worden gelegd met handelingen van een ander persoon die het individu ooit onplezierig behandelde. En wie kent niet de ervaring dat men van alles wordt toegevoegd op school, woorden die uiteindelijk bijvoorbeeld leiden tot onzekerheid over het eigen lichaam of karakter. In het laatste geval is het niet verrassend dat iemand kan reageren op een tamelijk emotionele wijze wanneer men later in het leven geconfronteerd wordt met een bepaalde opmerking over het lichaam of gedrag, zelfs wanneer de opmerking zelf niet zo persoonlijk of negatief bedoeld was.
Omdat iedereen trauma’s (in de ruime zin des woords) ervaart, tezamen met het geheugen van onze hersencellen, komt men tot een radicale conclusie, namelijk dat woorden die door iemand ge-uit worden nooit een geheel neutraal effect hebben. Dit, om de simpele reden dat men geen tabula rasa is. Niettemin moet hier nog een andere observatie aan toegevoegd worden. Deze betreft de situatie waarin mensen spreken tegen elkaar. Iedere situatie heeft zijn patronen, verwachtingen en rollen die vervuld dienen te worden door de verschillende betrokkenen, zodat de basis van een interactie als zodanig net zozeer is gekleurd als de geest van de ‘acteurs’. Woorden, om die reden, betreden het veld van de conversatie niet louter als woorden met een één-op-één-betekenis, maar hebben connotaties via de context. Een zin verkrijgt zijn betekenis niet enkel door de sommering van de lexicale betekenissen die zijn woorden hebben, maar óók door de directe situatie waarin het geponeerd geproduceerd wordt.
De basis waarop beoordelingen gemaakt worden zijn zonder twijfel intense. Emoties zijn immers behoorlijk dominant in de gedachtenstroom. De onderbewuste processen kunnen nooit genegeerd worden, en ze zijn geheid ‘sluwer’ en machtiger dan rede, zo subtiel kan het de geest beïnvloeden en zich opdringen. De intensiteit van de innerlijke gewaarwording die emotie genoemd wordt heeft zijn effecten op de bewuste geest en kan niet genegeerd worden. Ze is, op het eerste gezicht, gemakkelijk begrepen door de persoon in kwestie, zodat interpretatie van de data uit de context snel gefilterd en geïnterpreteerd kan worden op een té beperkte of gestuurde wijze.
De conclusie is dus dat spraak niet neutraal kan zijn, net zoals de psyche en rol van het individu. Men zou deze factoren in acht moeten nemen, wanneer men indrukken veroordeeld die uit de omgeving komen. Echter, vaak doet men dit niet. Uitingen worden direct beoordeeld op de meest functionele en makkelijke manier. Uiteindelijk is het immers eenvoudiger om een trauma te herinneren en diens defensiemechanisme in werking te stellen, die de gemaakte uiting beoordeelt, in plaats van woordbetekenissen in perspectief te plaatsen.
Hoe kan iemand het helpen, in deze benarde situatie? Mogelijkerwijs is de enige optie erkenning geven aan de feiten, wat zou leiden tot het besef dat iemands overtuigingen gestoeld zijn op vooronderstellingen en emotionele beoordelingen. Anders gesteld, iemand zou de interpretaties niet als universeel geldig moeten beoordelen, maar alleen voor zover men dat toelaat. Dat is, iemand laat zijn indrukken inwerken op de psyche op de manier waarmee trauma’s geprikkeld worden en losgelaten worden om te oordelen over de gegeven situatie, waarbij men dan níét de verantwoordelijkheid neemt voor de eigen beperkingen op de gedachtengang en standpunten. Interpretatie van contexten en het opnieuw uitvinden van trauma’s is deels de eigen keuze. Het is niet geheel gerechtvaardigd om de Ander de schuld te geven van de opgewekte overtuigingen. Wanneer iemand echter zijn overtuigingen als Norm hanteert, dan kan dit misschien een soort van kortzichtigheid genoemd worden.
_________________ 'The real act of discovery consists not in finding new lands but in seeing with new eyes.' - Marcel Proust
|